dinsdag 17 december 2013

Nogmaals de villa in Assen

In mijn vorige blog schreef ik over de tuin die Gerrit Vlaskamp in 1876 heeft aangelegd voor mevrouw Van Royen in Assen. Op de foto stond het huis, zoals het er nu uit ziet.
Het blijkt dat er een treurige geschiedenis aan is verbonden.


In 1874 is burgemeester Van Royen overleden op 44- jarige leeftijd. Zijn vrouw liet het jaar daarna de tuin aanleggen en toen die klaar was, stierf ze zelf ook, ze was nog maar 39.
In het huis was later het sanatorium van dokter Groenewegen gevestigd, deze foto dateert uit die periode.



donderdag 12 december 2013

Een villa in Assen

Bijna alle locaties van de Vlaskamptuinen zijn zo langzamerhand bekend, maar we wisten nog steeds niet waar mevrouw Van Royen in Assen had gewoond. Voor haar had Gerrit, zover we weten,  de enige tuin in Drenthe aangelegd.  Ze was de weduwe van burgemeester van Royen van Ambt- Hardenberg en een schoonzuster van jonkheer Quintus, die getrouwd was met een meisje Van Royen. Quintus  liet Gerrit  Park Groenestein in Groningen renoveren.
Een poosje geleden heb ik een oproep gedaan en daarop is Jan Pieter de Groot (zie zijn fraaie site over de meisjeskostschool in Spannum) gaan zoeken, hij belandde in de Beilerstraat en de archivarissen Albert Hoekstra uit Roosendaal en Erwin de Leeuw van het Drents Archief brachten me bij dit fraaie huis op nummer 24. Het staat te huur voor €1000 per maand, als het in Leeuwarden stond, gingen we er wonen.
Het is een rijksmonument, zie:
 http://monumentenregister.cultureelerfgoed.nl/php/monument_pdf.php?OBJnr=469325

Het huis is ook nog een sanatorium geweest, zie:

 http://www.drentsarchief.nl/beeldbank/e40418e8-a864-4958-a33f-b468bf46c879

Helaas is de tuin zo goed als verdwenen, van de enorme plantlijst resten slechts een paar bomen, de tuin achter het huis is grotendeels volgebouwd, zoals bijna alle tuinen in de steden.

zondag 8 december 2013

François HaverSchmidt


Lambertus en Gerrit Vlaskamp hebben allebei gewerkt aan de tuin van de pastorie in Damwoude. Lambertus in 1844, Gerrit in 1881. De tuin is nog ouder, want in 1872 schreef François Haverschmidt al vol liefde over deze tuin in FAMILIE EN KENNISSEN. Hij was de kleinzoon van dominee François Bekius en hij ging omstreeks 1840 geregeld logeren in Dantumawoude, zoals het dorp toen nog heette:
 ‘Adam en Eva hebben in geen weelderiger lustoord hun onschuld genoten- en verloren, dan waarin ik de augustusmaanden van mijn vierde tot mijn achtste jaar doorbracht.
Vlak voor het huis, temidden van een uitgestrekt plein, met kiezelzand bestrooid, stond een reusachtige linde. Rondom haar dikke stam had men een bank gemaakt en daar zie ik mijn grootvader en grootmoeder nog zitten, des avonds bij de thee. Wat was het daar stil, vergeleken bij het gewoel in de stad, en wat was de zoele lucht vol geuren van de reseda en de kamperfoelie’.

De tekening is van J.Hoyng van Papendrecht. Thérèse Schwarze maakte het portret van François HaverSchmidt.
 

donderdag 5 december 2013

Een rode beuk

Een zwarte, een bruine, een rode of in Duitsland een bloedbeuk, de prachtige beuken met hun rode/bruine bladeren hebben verschillende namen. Op vrijwel alle plantlijsten van Gerrit Vlaskamp staan één of meer beuken, hij noemt ze meestal zwarte beuken.
Ze spreken ook tot de verbeelding: mij is verteld, dat een rode beuk een teken van status was. Toen ik een lezing gaf voor een groep boerinnen, vertelde één van de dames dat boeren die tot 40 ha land hadden 1 rode beuk op het erf mochten planten, hadden ze meer land dan hadden ze recht op 2 beuken. Ik ben heel benieuwd of het een regionaal verhaal is, of dat de beuk als statussymbool in heel Nederland voor komt. Gaarne uw reacties!
Deze beuk staat in Selmien, een buurtschap vlak bij Drachten waar nog diverse Vlaskampsporen te vinden zijn.